top of page
Zoeken

Een hobbelige start

  • Lyn De Greef
  • 25 feb 2017
  • 4 minuten om te lezen

De eerste twee weken in de stageschool zitten er bijna op. Op een schooldag staan wij op om 5.30u. om op tijd onze bus te halen. We moeten twee bussen nemen naar de school en met een beetje geluk doen we er een klein uurtje over. Om 7.30u. worden alle leerkrachten op school verwacht (maar de meeste zijn er dan nog niet) en om 8u. starten de lessen tot 13u. De kleuterschool is uit om 12 u. Het eerste en tweede leerjaar om 12.30u. en de andere leerjaren om 13u. Tussendoor zijn er twee pauzes van 15 min.

De eerste dinsdag werden we uitgenodigd door Rosita (de zorgcoƶrdinator) om mee te gaan naar een vergadering rond jeugdcriminaliteit in de school. Hierdoor kregen we een goed beeld van het probleem in Suriname. Het gebeurt blijkbaar regelmatig dat jongeren met een wapen naar school komen bv. om zich te verdedigen. Tijdens de vergadering kregen we allerlei casussen te horen. De bedoeling was dat iedereen zijn mening hierover kon zeggen. Ik kan je wel vertellen dat Surinamers heftig kunnen reageren. Ook beginnen ze vaak in het Nederlands, maar schakelen ze halsoverkop over naar het Surinaams. Dit doen ze om hun woorden kracht bij te zetten. Je kan je natuurlijk nu wel voorstellen dat Julie en ik daar zaten zonder ook maar ƩƩn woord te begrijpen. Gelukkig schakelden ze daarna opnieuw over naar het Nederlands waardoor we toch ongeveer wisten waarover het ging. Dankzij deze vergadering hebben een goed beeld gekregen over de jeugdcriminaliteit in Suriname. We hadden er geen idee van hoe groot dit probleem hier is.

Tijdens de observatieweek probeerde ik enkele afspraken te maken met mijn mentor. We zaten op ƩƩn lijn met de directie, maar ik merkte dat dit niet evident was om met de mentor hetzelfde doel te bereiken. De mentor gaf er niet veel aandacht aan waardoor ik het dan zo heb gelaten. 's Avonds heb ik dit besproken met onze begeleider. Ik vertelde hem dat ik het gevoel had dat ze weinig voorbereid zijn en hij vertelde me dat het beste was dat ik zou afwachten tot ik opnieuw over mijn stage begon.

Ik merkte dat lesgeven voor de volledige klas moeilijk zou worden in deze situatie. De leerkracht moet dan op voorhand weten welke lessen er moeten gegeven worden. Zo verplicht ik ze onbewust om te werken en dit kan verkeerd overkomen.

Zowel mijn begeleider als de directie van de school legden enorm de nadruk op zorg. In de klas zijn er enorme niveauverschillen en zorg wordt er niet gegeven. Het niveau in het algemeen ligt hier heel erg laag. De kinderen kunnen bv. wel perfect akoestisch de getallenlijn opzeggen, maar oefeningen hieromtrent maken lukt een pak moeilijker. Oorspronkelijk geeft de ene leerkracht alle lessen en begeleidt de hulpjuf de zorgkinderen, maar in de praktijk zie je hier niets van terug.

Dus besloten we samen dat ik zou instaan voor de zorgkinderen van het eerste leerjaar, wat er toch tamelijk veel zijn. Ik zal telkens parallel met de juf lesgeven. Ik krijg een eigen plaatsje in de klas met een eigen bord waardoor ik mijn eigen ding kan doen. Mijn doel is dan ook om het niveau van deze kinderen op te krikken zodat ze opnieuw beter meekunnen in de klas.

Ondertussen heb ik zelf al twee lessen mogen geven. Een lesje lezen en een lesje rekenen. Je merkt dat de kinderen een andere mentaliteit hebben dan bij ons. Ze vechten en slaan naar elkaar zonder te beseffen dat dit fout gedrag is. Ze kunnen zich moeilijker concentreren en zijn een pak wilder dan bij ons. De opvoeding en de omgang met deze kinderen heeft hier een groot deel mee te maken. Dat ze met 34 in een klas zitten, maakt het ook niet gemakkelijker. Dit merkte ik erg tijdens mijn lessen. Ze werkten verbazingwekkend goed mee, maar de meeste energie gaat uit naar het klashouden. Stil zijn als de ander iets zegt, vingers in de lucht steken, blijven zitten op je stoel, ... zijn ze niet gewoon. Ik merk dan ook dat het een hele uitdaging zal zijn om en een goed klashouden te hebben, en om de kinderen optimaal te begeleiden tijdens het oefenen, en de kinderen de nodige aandacht te geven.

Sinds deze week staat er ook een Surinaamse stagiair in mijn klas. Ik ben erg geschrokken van de manier waarop hier alles verloopt. Hun opleiding duurt vier jaar i.p.v. drie. Ze moeten twee weken stage lopen op onze school. Elke week staan ze in ƩƩn klas en moeten ze twee kleine lesjes geven van max. 20 min. De lesjes die ze geven zijn erg basic. Dan merk je dat het niveau bij ons een pak hoger ligt.

Ook de manier waarop de stagiair participeert was even schrikken. Tijdens de eerste observatiedag nam hij het klashouden een beetje over. Zo besliste hij dat enkele kinderen niet naar buiten mochten omdat ze niet flink meewerkten, terwijl ik vond dat dit onterecht was. De juf gaat hier gewoon in mee. Wij zouden er niet aan moeten denken om dit te doen tijdens onze eerste observatiedagen.

Ik ben benieuwd wat volgende week zal brengen!

Groetjes

Lyn

(Competenties: 1.3 gesproken tekst in een vreemde taal kunnen begrijpen, 1.4 een tekst geschreven in een andere taal begrijpen, 2.3 culturele veerkracht, 2.4 culturele ontvankelijkheid, 2.6 culturele relationele competentie, 2.8 culturele flexibiliteit, 3.1 zich internationaal oriƫnteren, 3.2 een eigen mening vormen over maatschappelijke of internationale onderwerpen, 3.3 een eigen mening uiten over maatschappelijke of internationale onderwerpen, 4.2 samenwerken en netwerken, 4.4 zich flexibel opstellen, 4.8 zich handhaven in stressvolle situaties, 5.1 zijn vakgebied in een internationale context kunnen plaatsen, 5.3 kennis hebben van de beroepsuitoefening in andere landen)


Ā 
Ā 
Ā 

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page